Case number | CAC-ADREU-007946 |
---|---|
Time of filing | 2020-11-19 14:19:37 |
Domain names | demol.eu |
Case administrator
Lenka Náhlovská (Case admin) |
---|
Complainant
Organization | Koen De Mol (FUNCTIONAL - IT BVBA) |
---|
Respondent
Organization | ? ? (Evolution Media e.U.) |
---|
Vul de gegevens in over andere gerechtelijke procedures, die volgens de informatie van her ADR Panel lopen of waarin beslist is en die betrekking hebben op de betwiste domeinnaam
Volgens partijen lopen er geen andere procedures ter zake van de domeinnaam <demol.eu> (de "Domeinnaam")..
Feitelijke situatie
Verweerder heeft op 10 februari 2012 de Domeinnaam geregistreerd. De Domeinnaam linkt naar een webpagina waarop de Domeinnaam te koop en te huur wordt aangeboden door Verweerder.
Op 11 augustus 2020 heeft Klager zijn Klacht in onderhavige ADR procedure ingediend. De formele datum van aanvang van de ADR-procedure is 2 september 2020. Verweerder heeft binnen de gestelde termijn Verweer ingediend.
Op 11 augustus 2020 heeft Klager zijn Klacht in onderhavige ADR procedure ingediend. De formele datum van aanvang van de ADR-procedure is 2 september 2020. Verweerder heeft binnen de gestelde termijn Verweer ingediend.
A. Klager
Volgens Klager is Verweerder een Oostenrijkse onderneming zonder link met de naam "De Mol" die enkel de Domeinnaam houdt om te kunnen verkopen.
Klager's familienaam is "De Mol". Klager wil de Domeinnaam gebruiken voor het familiebedrijf dat hij met zijn vader recent is gestart, namelijk De Mol Consult B.V. Als bewijs heeft Klager een kopie van zijn identiteitskaart overlgelegd alsook de oprichtingsdocumenten van De Mol Consult B.V.
Klager heeft contact gezocht met Verweerder. Klager heeft e-mails aan Verweerder van 24 maart en 9 april 2020 overgelegd waaruit blijkt dat Klager Verweerder erop wijst dat Verweerder geen domeinnamen mag bezitten voor speculatieve redenen. De tussenpersoon van Verweerder, dan.com, heeft Klager laten weten dat de Domeinnaam te koop is voor EUR 999 en dat de Verweerder geen andere voorstellen aanvaardt.
Klager verzoekt het Panel om overdracht van de Domeinnaam.
Klager's familienaam is "De Mol". Klager wil de Domeinnaam gebruiken voor het familiebedrijf dat hij met zijn vader recent is gestart, namelijk De Mol Consult B.V. Als bewijs heeft Klager een kopie van zijn identiteitskaart overlgelegd alsook de oprichtingsdocumenten van De Mol Consult B.V.
Klager heeft contact gezocht met Verweerder. Klager heeft e-mails aan Verweerder van 24 maart en 9 april 2020 overgelegd waaruit blijkt dat Klager Verweerder erop wijst dat Verweerder geen domeinnamen mag bezitten voor speculatieve redenen. De tussenpersoon van Verweerder, dan.com, heeft Klager laten weten dat de Domeinnaam te koop is voor EUR 999 en dat de Verweerder geen andere voorstellen aanvaardt.
Klager verzoekt het Panel om overdracht van de Domeinnaam.
B. Verweerder
Volgens Verweerder is er geen sprake van een speculatieve en onrechtmatige registratie in de zin van artikel 21 Verordening (EU) 874/2004. Verweerder stelt 1) een gewettigd belang te hebben bij de registratie van de Domeinnaam; en 2) dat er geen sprake is van een registratie te kwader trouw.
1) Gewettigd belang
Verweerder houdt zich bezig met het registreren, kopen en verkopen van domeinnamen. Omdat dit een volkomen legale bedrijfsactiviteit is die te goeder trouw wordt uitgevoerd voor marktconforme prijzen, heeft Verweerder een gewettigd belang bij de Domeinnaam.
De Domeinnaam bestaat uit het Nederlandse lidwoord "de" en het zelfstandige naamwoord "mol". "Mol" is een generiek woord met meerdere betekenissen, waaronder "verlagingsteken in het muziekschrift" en "infiltrant" volgens het Van Dale groot woordenboek van de Nederlandse taal.
Ter onderbouwing van bovenstaande verwijst Verweerder naar een eerdere ADR procedure, CAC 7159. Hierin zou zijn vastgesteld dat het verhandelen van domeinnamen een legitieme bedrijfsactiviteit is en dat er een gewettigd belang kan worden vastgesteld bij het registreren van een generiek woord als domeinnaam.
2) Kwader trouw
Volgens Verweerder is er geen sprake van kwader trouw in de zin van artikel 21 lid 3 onder a t/m e Verordening 874/2004. Verweerder stelt zich op het standpunt dat er in principe niets illegaals is aan de verkoop van (generieke) domeinnamen. De Domeinnaam is sinds zo'n 8 jaren in het rechtmatige bezit van Verweerder. Er is geen sprake van speculatie want de Domeinnaam betreft een generiek woord. Volgens Verweerder blijkt uit de zaak CAC 4560 dat Verweerder Klager in gedachte had moeten hebben bij registratie van de Domeinnaam om te spreken van een registratie 'te kwader trouw'. Hier kan geen sprake van zijn, omdat Klager geen speciale bekendheid geniet. Bovendien heeft Klager te kennen gegeven dat hij de Domeinnaam wil gebruiken voor zijn recent opgerichte onderneming, die logischerwijze niet bekend had kunnen bij Verweerder op het moment van registratie van de Domeinnaam.
Tot slot wijst Verweerder op CAC 283 waarin zou zijn bepaald dat de domeinnaamregistratie van generieke termen in principe niet is onderworpen aan wettelijke beperkingen.
1) Gewettigd belang
Verweerder houdt zich bezig met het registreren, kopen en verkopen van domeinnamen. Omdat dit een volkomen legale bedrijfsactiviteit is die te goeder trouw wordt uitgevoerd voor marktconforme prijzen, heeft Verweerder een gewettigd belang bij de Domeinnaam.
De Domeinnaam bestaat uit het Nederlandse lidwoord "de" en het zelfstandige naamwoord "mol". "Mol" is een generiek woord met meerdere betekenissen, waaronder "verlagingsteken in het muziekschrift" en "infiltrant" volgens het Van Dale groot woordenboek van de Nederlandse taal.
Ter onderbouwing van bovenstaande verwijst Verweerder naar een eerdere ADR procedure, CAC 7159. Hierin zou zijn vastgesteld dat het verhandelen van domeinnamen een legitieme bedrijfsactiviteit is en dat er een gewettigd belang kan worden vastgesteld bij het registreren van een generiek woord als domeinnaam.
2) Kwader trouw
Volgens Verweerder is er geen sprake van kwader trouw in de zin van artikel 21 lid 3 onder a t/m e Verordening 874/2004. Verweerder stelt zich op het standpunt dat er in principe niets illegaals is aan de verkoop van (generieke) domeinnamen. De Domeinnaam is sinds zo'n 8 jaren in het rechtmatige bezit van Verweerder. Er is geen sprake van speculatie want de Domeinnaam betreft een generiek woord. Volgens Verweerder blijkt uit de zaak CAC 4560 dat Verweerder Klager in gedachte had moeten hebben bij registratie van de Domeinnaam om te spreken van een registratie 'te kwader trouw'. Hier kan geen sprake van zijn, omdat Klager geen speciale bekendheid geniet. Bovendien heeft Klager te kennen gegeven dat hij de Domeinnaam wil gebruiken voor zijn recent opgerichte onderneming, die logischerwijze niet bekend had kunnen bij Verweerder op het moment van registratie van de Domeinnaam.
Tot slot wijst Verweerder op CAC 283 waarin zou zijn bepaald dat de domeinnaamregistratie van generieke termen in principe niet is onderworpen aan wettelijke beperkingen.
Behandeling en vaststelling
Paragraaf B1 (b) (10) juncto B11 (d) (1) van de Voorschriften ADR (de "ADR Voorschriften") schrijft voor dat de Klacht de gronden moet beschrijven waarop de klacht berust, meer in het bijzonder moet Klager aantonen:
- waarom de Domeinnaam identiek is aan of verwarrende gelijkenis vertoont met de aanduiding of aanduidingen ten aanzien waarvan een recht wordt erkend of vastgesteld door het nationale en/of communautaire recht;
- of de Domeinnaam door Verweerder is geregistreerd zonder rechten of gerechtvaardigde belangen ten aanzien van de Domeinnaam; of
- waarom zou moeten worden aangenomen dat de Domeinnamen te kwader trouw zijn geregistreerd of worden gebruikt.
Deze gronden moeten worden uitgelegd in het licht van artikel 21 van de EU Verordening 874/2005 (de "Verordening") zodat Klager moet aantonen dat de Domeinnaam identiek is aan of verwarringwekkend gelijk is met de bedoelde door wetgeving beschermde aanduiding(e) en Verweerder geen rechten op of gerechtvaardigd belang heeft bij de Domeinnaam, dan wel de Domeinnaam te kwader trouw is geregistreerd of wordt gebruikt,
Het Panel zal in het licht van het vorenstaande eerst bepalen of aan de formele eisen van artikel 21 van de Verordening is voldaan.
Klager moet als eerste aantonen dat de Domeinnaam identiek is aan of op verwarringwekkende manier overeenstemt met een naam waarop zij een wettelijk recht heeft. In dit verband heeft Klager slechts aangevoerd dat Klager’s familienaam "De Mol" is en dat Klager de Domeinnaam wil gebruiken voor het familiebedrijf dat hij met zijn vader recent is gestart, namelijk De Mol Consult B.V. Als bewijs heeft Klager zijn identiteitskaart overgelegd alsook de oprichtingsdocumenten van De Mol Consult B.V.
Klager heeft evenwel niet gesteld, laat staan aangetoond dat een familienaam in de Oostenrijkse, Belgische en/of communautaire wetgeving een recht is dat is erkend of ingesteld. Zodoende heeft Klager niet voldaan aan de eis van paragraaf B1 (b) van de ADR Voorschriften dat bepaalt dat Klager exact vermeldt op welk type recht zij een beroep doet.
Omdat de Klacht niet aan de eisen van de Voorschriften ADR voldoet, dient het Panel op grond van paragraaf B10 (b) van de Voorschriften ADR de conclusie trekken die het geschikt acht. Omdat vanwege de gebreken in de Klacht de Domeinnaam niet ingetrokken of overgedragen kan worden wijst het Panel de Klacht af.
- waarom de Domeinnaam identiek is aan of verwarrende gelijkenis vertoont met de aanduiding of aanduidingen ten aanzien waarvan een recht wordt erkend of vastgesteld door het nationale en/of communautaire recht;
- of de Domeinnaam door Verweerder is geregistreerd zonder rechten of gerechtvaardigde belangen ten aanzien van de Domeinnaam; of
- waarom zou moeten worden aangenomen dat de Domeinnamen te kwader trouw zijn geregistreerd of worden gebruikt.
Deze gronden moeten worden uitgelegd in het licht van artikel 21 van de EU Verordening 874/2005 (de "Verordening") zodat Klager moet aantonen dat de Domeinnaam identiek is aan of verwarringwekkend gelijk is met de bedoelde door wetgeving beschermde aanduiding(e) en Verweerder geen rechten op of gerechtvaardigd belang heeft bij de Domeinnaam, dan wel de Domeinnaam te kwader trouw is geregistreerd of wordt gebruikt,
Het Panel zal in het licht van het vorenstaande eerst bepalen of aan de formele eisen van artikel 21 van de Verordening is voldaan.
Klager moet als eerste aantonen dat de Domeinnaam identiek is aan of op verwarringwekkende manier overeenstemt met een naam waarop zij een wettelijk recht heeft. In dit verband heeft Klager slechts aangevoerd dat Klager’s familienaam "De Mol" is en dat Klager de Domeinnaam wil gebruiken voor het familiebedrijf dat hij met zijn vader recent is gestart, namelijk De Mol Consult B.V. Als bewijs heeft Klager zijn identiteitskaart overgelegd alsook de oprichtingsdocumenten van De Mol Consult B.V.
Klager heeft evenwel niet gesteld, laat staan aangetoond dat een familienaam in de Oostenrijkse, Belgische en/of communautaire wetgeving een recht is dat is erkend of ingesteld. Zodoende heeft Klager niet voldaan aan de eis van paragraaf B1 (b) van de ADR Voorschriften dat bepaalt dat Klager exact vermeldt op welk type recht zij een beroep doet.
Omdat de Klacht niet aan de eisen van de Voorschriften ADR voldoet, dient het Panel op grond van paragraaf B10 (b) van de Voorschriften ADR de conclusie trekken die het geschikt acht. Omdat vanwege de gebreken in de Klacht de Domeinnaam niet ingetrokken of overgedragen kan worden wijst het Panel de Klacht af.
Beslissing
Op grond van de hiervoor genoemde redenen wijst het Panel in overeenstemming met paragraaf B12 (b) en (c) van de Voorschriften ADR de Klacht af.
PANELISTS
Name | Alfred Meijboom |
---|
Datum Arbitrage-beslissing
2020-11-17